Begin januari wordt er altijd weer gesproken en gekeken naar het januari-effect of de januari indicator. Er zijn een aantal interessante stellingen en statistieken. Een echt logische verklaring voor het januari fenomeen ontbreekt echter.
Allereerst, kijkend naar de stelling ‘as januari goes, so goes the year’ of te wel de eerste vijf handelsdagen voorspellen het jaar, blijkt dat in maar liefst 21 van de 25 jaren sinds 1989 de eerste vijf handelsdagen van januari een goede voorspeller zijn voor een positief of negatief rendement op de AEX in het jaar. Dit is dus een score van 84%.
Aangezien veel beleggers vaak een positieve kijk en verwachting hebben, de AEX sloot de afgelopen 25 jaar 17 keer in de plus dit is dus 68%. Van alle positieve eerste vijf handelsdagen, 16 keer in de afgelopen 25 jaar, ging het alleen in 2011 mis. In dat jaar was er een kleine plus van 0,53% en sloot de AEX het jaar zelf met een verlies -11,87%.
De ‘as januari goes, so goes the year’ lijkt een goede statistische indicator voor de AEX te zijn met een gemiddelde performance (exclusief dividenden) van 19,85% en “hit-rate” van 16 uit 17 voor de positieve vijf handelsdagen. Over de afgelopen 25 beursjaren hadden we 68% kans op een positieve start, waarvan de regel dus 1 keer niet opging (2011).
Kijken we verder naar de statistieken dan zijn er nog meer effecten te vinden. Bijvoorbeeld het fenomeen als zowel januari als februari in de plus eindigen. Ook hier blijkt de hit-rate hoog te zijn over de afgelopen 31 jaar kwam dit 17 keer voor waarvan ook 16 keer succesvol. Ook hier ging de regel niet op in 2011, maar het gemiddelde rendement lag wel hoger met 25,85%. Overigens kennen meer indexen dit fenomeen, zo is dit 24% voor de S&P 500. Hieronder de grafiek voor een positieve start van het jaar met zowel januari en februari in het groen.
Valuta-effect?!
Tenslotte nog een kijkje in de valuta hoek, bijvoorbeeld de EUR/USD-koers: